de saudade

de saudade
Saudade voor de noordkust van Spanje

zondag 21 augustus 2011

Rias Bajas

Dolfijnen hebben een school vis omsingeld.
Oftewel, vrij vertaald, de beneden ria’s. Hiermee worden de ria’s onder kaap Finisterre aangeduid.
Maar voor we daar zijn moeten we dus eerst nog deze kaap passeren. Maandag 8 augustus zouden we eigenlijk op weg naar, in eerste instantie, Camarinas. Maar ’s morgens blijkt de wind nog steeds zuidwest, dus stellen we het vertrek uit. En zoals elk nadeel heeft ook dit zijn voordeel. We liggen in La Coruna beter beschut voor de harde noordoosten wind van de komende dagen en we hebben gezellige uurtjes met Frieder, Gunter, Jorg en Uli onder andere tijdens een heerlijk visdiner aan boord van de Kairos. Op zondag is hier de Nederlandse flottielje welke naar de Azoren is geweest aangekomen. Zij waren op weg naar Falmouth, zuid Engeland, maar naar hier uitgeweken voor een van de vele depressies. Nu is er veel georganiseer van het omboeken van tickets voor opstappers en kinderen die weer naar school moeten.
In La Coruna vinden we een goede, actieve USB verlengkabel zodat we onze internetontvangst kunnen verbeteren door de antenne hoger te hijsen. En in de 4 Hak-potjes die in de Fishler snelkookpan (4,5 liter) passen wordt weer vlees gewekt. Dat werkt vrij goed, hoewel de deksels kwetsbaar zijn. De nieuwste aanwinst is een kleine elektrische waterkoker die we in de haven gebruiken, de elektriciteit is hier inclusief en dat spaart gas. We blijven wel Nederlanders natuurlijk.
Van het weerprogramma wat we gebruiken, zygrib, blijkt een nieuwe versie te zijn. We installeren het op de laptop in de receptie van de marina, want aan boord is de ontvangst hiervoor te zwak. Er zit een fantastische uitbreiding in met informatie over golfhoogte en richting. Voor de liefhebbers: te vinden op de site van Zilt magazine onder free downloads.
Op donderdag 11 augustus is de wind geluwd en varen we naar Camarinas, grotendeels zeilend. Ook de Kairos gaat daar heen, maar is veel sneller. Tijdens het passeren maken we foto’s van elkaar.
Op weg naar Camarinas.
Onderweg zien we twee maal dolfijnen. De eerste keer heel kort en de tweede maal zien we vlak bij de boot een groep dolfijnen die een school vissen omsingeld heeft en daar doorheen duikt om er lekker van de smullen. Twee zijn er zo nieuwsgierig dat ze dit feestmaal even verlaten en bij ons komen kijken. Een bijzonder schouwspel.
De volgende ochtend is de Kairos al vroeg vertrokken naar Bayona. Zij moeten de 17e in Lissabon zijn en mijlen maken. Vandaag dus om kaap Finisterre. Volgens de verwachting zal de wind noordelijk 4 a 5 Bf zijn. ’s Morgens is er geen wind en het zicht slecht, maar tegen de tijd dat we Finisterre naderen begint er wat wind te komen en klaart het op. En hoe goed we ook ons best gedaan hebben een rustige dag uit te zoeken om deze kaap te passeren, tegen de tijd dat we er voorbij zijn hebben we uitschieters tot ruim 30 knopen, 7 Bf. Maar we zeilen heerlijk, er is geen swell meer en de golfhoogte blijft beperkt.

Kaap Finisterre.

Vissersvloot Muros.
Onze bestemming is het plaatsje Muros in de gelijknamige ria. Tegen de tijd dat we daar zijn is het windstil en prachtig warm weer. Zo hebben we heel wat verschillende weertypen gehad op één dag.
Bij het ankeren hebben we een tweede poging nodig, er is hier nogal wat wier op de bodem. Willem is heel blij met de nieuwe elektrische lier die de 40 meter ketting voor hem omhoog haalt.
De rubberboot wordt weer gelanceerd en aangezien we dicht bij de kade liggen roeien we naar het leuke oude plaatsje. Hier hebben we optimaal profijt van onze internetantenne, want we kunnen een onbeveiligd netwerk oppikken. Weliswaar zwak, maar genoeg om een nieuwe grib-file op te halen.
Zaterdag varen we door naar de volgende ria, de Ria de Arousa. Dit is de grootste van de rias bajas en we ankeren bij het plaatsje Caraminal, een van de vele tips die we van Bart en Marga in Camaret gekregen hebben. Dit is ook weer een leuk oud stadje met kleine straatjes en leuke pleintjes.
De hele dag is het al op en af met het zicht en ’s avonds trekt het helemaal dicht. De hele zondag is het regenachtig en is er nauwelijks zicht, wij blijven lekker liggen. Deze kust doet zijn bijnaam, Costa de la Muerte, eer aan. In het verleden zijn hier veel schepen vergaan onder andere doordat er vaak mist is.
In de derde ria, Pontevedra, gaan we voor anker bij het plaatsje Combarro. Dit blijkt een heel bijzonder plaatsje. Zeer oud, de huizen met de graanschuurtjes er voor staan tot aan de waterkant en daarachter smalle stegen en pleintjes.
Combarro
 ’s Avonds blijkt er een processie door het dorp te gaan, maar helaas, we hebben geen fototoestel bij ons. Augustus is hier zo wie zo feestmaand. Met enige regelmaat staan we voor een vaste deur van de supermarkt en op de meest onmogelijke tijden schrikken we ons een hoedje van de harde knallen van vuurwerk. Maar deze avond kunnen we dan toch genieten van een prachtig siervuurwerk boven de stad Pontevedra. Ook de volgende dag is het nog feest in Combarro met ’s avonds live muziek op een groot plein zodat de voetjes weer eens van de vloer kunnen.

Combarro

De laatste van de goed bevaarbare rias bajas is de Ria de Vigo. Woensdag 17 augustus ankeren we aan de noordwestkust van deze ria in een baai met een prachtig groot strand, een tip van één van de Azoren - vaarders. En wat voor een, een absolute topper! We blijven er twee dagen. Met de wandelpoles maakt Jeanet een wandeling door het duingebied achter het strand, wat heel erg Nederlands aandoet. Onze voorlopig laatste nacht in Spanje brengen we geankerd door in de baai bij Bayona. We verlaten de Spaanse wateren met enige weemoed, maar gaan een nieuwe mijlpaal in ons zeilerbestaan beleven: Portugal, oftewel het land van saudade.

Playa de Barra, Ria de Vigo.
En zo zijn wij dan op de helft van onze tijd gekomen. Het is werkelijk fantastisch om zoveel tijd te hebben en de boot niet terug te hoeven varen.
Groeten vanuit Leixos (bij Porto), onze eerste Portugese haven.

zondag 7 augustus 2011

Costa Verde en La Coruna

Maandag 1 augustus varen we naar La Coruna, Galicië, noordwest Spanje. We zijn twee maanden onderweg, het lijkt veel langer. Dit is toch een beetje een bijzondere plaats, omdat vrijwel alle zeilers die naar het noorden dan wel het zuiden op weg zijn hier binnenlopen, vaak als eerste of laatste haven om de Golf van Biskaje over te steken. In 2005 was dit ook onze eerste Spaanse haven en we bewaren er heel goede herinneringen aan. Inmiddels is er wel een en ander veranderd. De jachthaven waar we nu liggen had toen slechts één steiger en veel last van swell. Nu is er ligplaats voor 700! boten en zorgen drijvende golfbrekers er voor dat de swell grotendeels buiten de deur blijft. Wat niet verandert is, is het grote aantal nationaliteiten: Noren, Zweden, Duitsers, Engelsen (eentje op een Jongert van 29 meter!), veel Fransen, een enkele Belg en ook een aantal Nederlanders.
’s Avonds gaan we de stad in en de herinneringen komen snel terug. Oh ja, daar hebben we gegeten met Paul en Mariëtta en daar is nog steeds de supermarkt en ja hoor, el Rey del Jamon is er ook nog.
Het is enorm druk in de stad, want op het grote plein blijkt er een optreden van, zeg maar, de Spaanse Marco Borsato. In de smalle straatjes zitten de terrassen overvol en het eten wordt de mensen bijna uit het bord gelopen. Maar voor ons is er ook nog wel een plekje en het koele bier smaakt prima.

De voorgaande twee nachten hebben we in de perfect beschutte baai van de Ria de Cedeira voor anker gelegen. Het was mooi zomerweer, zonnig en circa 23 graden. Met de rubberboot konden we naar een strandje en we hebben zelfs gezwommen! Wij vinden het water hier nog wel koud, hoor.

Onze autotrip langs de Costa Verde was een erg leuke onderbreking. Zoals de naam al aangeeft is deze noordkust van Spanje heel groen en heeft best flinke bergen, mooie zandstranden en veel forelrivieren.
De wegen zijn prima over heel veel viaducten en door tunnels. Er zijn de nodige wegen bijgekomen die ons navigatiesysteem niet kent, dus dat betekent dat we nog wel eens om moeten draaien. De afstanden zijn best groot, we komen uiteindelijk bijna tot aan Santander waar we het museum van Altamira bezoeken. Hier zijn grotschilderingen van bizons gevonden uit 15.000 – 12.000 v.C. Van het origineel is niets te zien, een beetje teleurstellend. De plaatsjes langs de kust zijn heel druk met toeristen, vooral Spanjaarden, zodat een parkeerplek niet te vinden is.
We vonden een hotelkamer voor twee nachten in een bergdorpje in de uitlopers van de Picos de Europa, aan de looproute naar Santiago de Compostela. In een van de twee restaurants in het dorpje wordt de lokaal gemaakte cider op een speciale manier ingeschonken: met gestrekte arm wordt de fles boven het hoofd gehouden en een bodempje cider in het glas op kruishoogte gemikt, wel boven een opvangbak. En dan het glas in één teug leegdrinken.
Voordat we weer richting de boot rijden, maken we een prachtige tocht door de Picos de Europa met als hoogste top 2.648 meter. We hebben mazzel: het is heel mooi weer en er is bijna geen wolkje in de bergen. Eerst gaat het door een smalle kloof, dan stijgen we naar een pas op 1.290 meter, over de hoogvlakte met een spaarbekken en vervolgens via heel veel haarspeldbochten weer naar zeeniveau. Vermoeiend rijden voor Willem, hij krijgt lamme armen van al dat sturen.       
Bij terugkomst in Viveiro ligt de Saudade nog keurig op ons te wachten. Dit is dan ook een prima plek om de boot achter te laten: ver in de ria dus geen last van swell, goed beschut tegen eventuele harde  wind, relaxed havenpersoneel en niet duur (€ 18,-, het goedkoopst tot nu toe).

De afgelopen dagen passeerden er weer een aantal depressies wat zuidwestelijke wind gaf, pal tegen dus. Het weer is dan ook nog steeds niet stabiel, zonnige dagen worden afgewisseld met regenachtige. Hier in La Coruna hebben we gewacht tot de wind weer noordelijk wordt om richting kaap Finisterre te gaan. Waarschijnlijk gaan we morgen naar de Ria de Camarinas, daarna komen er een aantal dagen met harde noordoosten wind die we even afwachten. Kaap Finisterre is namelijk weer zo’n punt waar het flink kan spoken en waar je een beetje rustige omstandigheden wilt hebben om te passeren.
De tijd hier wordt goed benut, want het grootzeil moet gerepareerd. De hoesjes van de zeillatten vertonen slijtageplekken aan de mastzijde. De Elna naaimachine is mee aan boord en speciaal voor dit soort klussen uitgekozen; hij stelt ons niet teleur en kan de stofdikte net aan.
In een café niet ver van de jachthaven hebben we aantal leuke avonden met veel bier. We leren er Dirk kennen, een Nederlander die hier al een tijdje woont en een winkeltje heeft met spullen uit India, Nepal en Thailand.

Stadhuis La Coruna
 En vanmorgen bij de eerste blik uit de kuip een hoop gezwaai van een boot schuin achter ons. Het is de Kairos uit, ja wel, Den Oever met Frieder en zijn bemanning. We wisten dat ze op het punt stonden
Biskaje over te steken en hadden de afgelopen week het weer in de gaten gehouden. Ze hadden een goede oversteek en zelfs walvissen gezien, maar wel korte tijd veel wind gehad tot zelfs 9 Bf.
Vanavond hebben we hier na twee maanden eindelijk weer eens tango kunnen dansen. Het was gezellig druk en duurde tot ongeveer 22.30 uur. Heerlijk, dat missen we wel maar we krijgen er veel voor terug.
Hasta luego!

.